In het voorjaar van 2019 deed ik via Twitter en Instagram een oproep; iedereen die een tof verhaal heeft over de Berlijnse muur, hoe lang geleden ook, hoe kleinschalig of juist bijzonder; stuur het in! En wat een bijzondere verhalen heb ik gekregen! Waanzinnig mooie verhalen, en een paar kleinere, kortere anekdotes. Sommigen zelfs voorzien van foto’s die tevoorschijn kwamen uit reeds vergeten fotoalbums. Anderen zonder beeld maar zo treffend beschreven, dat ons brein de rest invult. Stuk voor stuk zijn ze geweldig, en allemaal het delen waard. In de aanloop naar 30 jaar Mauerfall, verschijnen tussen 28 oktober en 10 november dagelijks nieuwe verhalen online. Onno van Schaick vertelt het vijfde verhaal. Hij ging met school in 1984 op werkweek naar Berlijn en bracht een bezoekje aan Oost-Berlijn. Hij kwam er echter met gemengde gevoelens weer vandaan.
Wat mij van de heenreis is bijgebleven, is de grensovergang bij Helmstedt/Marienborn, de grens tussen West- en Oost-Duitsland. Die grote uitkijktorens met een soldaat erin, die de bus volgde met zijn verrekijker. Ik vond dat heel apart. En dan de paspoortcontrole; zo’n grenswacht in uniform die je indringend aankijkt of jij wel de persoon van je eigen paspoort bent. Duitsers en uniformen; het gaf toch een heel apart gevoel van binnen. Een klasgenoot met een Turks paspoort zorgde even voor commotie, de foto was te oud. Maar we mogen toch door. De rit over de corridor (Transitweg van Helmstedt naar Dreilinden, -red.) is me ook bijgebleven. Er is nauwelijks iets te zien langs de snelweg, vanaf parallelwegen en uitkijktorens wordt het verkeer in de gaten gehouden.
We logeren in een hotel op de Kurfürstendamm, dat toch wel een eindje van Bahnhof Zoo lag, naar mijn herinnering het centrum van West-Berlijn. We aten elke avond in het Wiener Wald, een toenmalige keten waar je kip en patat kon eten. De eerste avond was het nog OK (kip en patat), maar de andere drie avonden was het verschrikkelijk goor. Zo smaakte de soep naar frituurvet… Later zijn we verder gaan eten bij de Burger King, dat smaakte al stukken beter.
In West-Berlijn bezochten we een aantal musea, waaronder het museum bij Checkpoint Charlie (tegenwoordig Mauermuseum,-red.) Een museum dat vooral over de ontsnappingen en het verhaal van de Berlijnse muur gaat. Ook een bezoek aan een middelbare school staat me nog bij. Er werd daar nota bene Nederlandse les gegeven! We houden ook wat interviews op straat in West-Berlijn. We vragen mensen hoe het is om te leven in een ingesloten stad, en zo. Vooral de vele positieve reacties maakten indruk op me. De mensen waren toch vooral trots om in West-Berlijner te wonen, West-Berlijner te zijn.
Woensdags ging het dan eindelijk naar Oost-Berlijn, dat was erg spannend. ‘Gedraag je!’ was het dringende advies, “Oost-Duitsers maken geen grappen!” Checkpoint Charlie is me vooral bijgebleven vanwege de spiegels waarmee de onderkant van de bus werd bekeken. En weer zo’n indringende blik van de grenswachters bij de paspoortcontrole in de bus. Aan boord kwam een leuke dame, die als onze gids door Oost-Berlijn zou dienen (lees: ons de gehele dag in de gaten moet houden). Ook moesten we elk 5 Deutsche Marken inwisselen voor 5 DDR-Marken. Het was een vreemd klein papiertje met een 5 erop, weet ik nog.
Eerst kregen we een introductie over de stad, ergens in een restaurant in Oost-Berlijn. Er staat me niet heel veel meer van bij, maar het ging voornamelijk over de grootsheid van de Oost-Duitse staat. Wij waren erg sceptisch! Wel was het eten dat we kregen erg goed. We kregen een échte Wienerschnitzel! Zeker na het eten bij het verschrikkelijke Wiener Wald in West-Berlijn, was dat een verademing. Het feit dat we zulk goed eten kregen zagen we als propaganda, maar dat maakte ons op dat moment niets uit. De geschiedenis- en maatschappijdocenten van Oost-Berlijn wezen ons op de voordelen van het communisme, gezien de lekkere schnitzel. Wij wisten toen zeker dat ze in dienst waren van de staat.
Daarna hebben we een toer door de stad gemaakt. Ik weet niet meer helemaal zeker wat we allemaal bezocht hebben. Ik meende dat we het Pergamonmuseum hadden bezocht, maar ik heb er geen foto’s van, dus ik denk dat we er niet naar binnen zijn gegaan. Wel herinner ik me nog de enorme hoeveelheid kogelgaten in de muren. En ik vond Oost-Berlijn erg grauw. Waar West-Berlijn vol hing met neonreclame, was er in Oost-Berlijn helemaal niets aan reclame te zien. We zijn nog een uurtje losgelaten op het Alexanderplatz. Er waren daar talloze camera’s om over onze veiligheid te waken. Heel veel.
We hebben nog geprobeerd om onze vijf marken op te maken. We kochten zakken met snoep en er werd massaal taart gegeten. Later die dag waren we weer terug in het vertrouwde West-Berlijn, dat toch een stuk beter voelde. We hadden de indruk gekregen dat je in Oost-Berlijn toch niet erg gelukkig kon zijn. Ik realiseerde me ook dat ik blij ben dat ik in Nederland ben opgegroeid! Toch was het al met al een geweldige ervaring om in Berlijn te zijn geweest!
Tekst en foto’s: Onno van Schaick – Onno werkt als projectmanager bij de gemeente Utrecht, en is verantwoordelijk voor de realisatie van Stationsplein Oost en het terugbrengen van de singel rond de binnenstad, de Catharijnesingel.